Cornelis Govertsz, zoon van Govert Joosten en Aaltje Cornelis, geboren ca. 1640, overleden < 28 mei 1672
Gehuwd met
Maeijcke Peters, overleden < 16 januari 1685
Bronnen: 1) hogenda.nl, 2) Everdingen, oud rechterarchief 1633-1727. B. de Keijzer, 3) Everdingen, oud rechterarchief 1698-1727. B. de Keijzer, 4) Everdingen, oud rechterarchief 1661-1676. Ir. A.I. Grabowsky m.m.v. B. de Keijzer, 5) Everdingen, oud rechterarchief 1676-1698. Ir. A.I. Grabowsky m.m.v. B. de Keijzer
Op 1 juni 1660 testeren Anna Jans weduwe van Heijmen Cornelisz, geassisteerd met haar zwager Jan Tonissen Tucker en haar neef Jan Andriesz en in dese zaak haar momboirs, Jan Cornelis Heijmensen voor hem zelf, Aert Gijsbertsz x Gerrichgen Cornelis Heijmens en Cornelis en Joost Govertsz nagelaten mondige kinderen van zaliger Govert Joosten en Aertgen Cornelis Heijmens, mede voor hun zelf, en alle erfgenamen van de voornoemde Heijmen Cornelisz zaliger, verklaren geloot te hebben op 22 april 1653, hetgeen zaliger Heijmen Cornelisz x Anna Jans ‘staande hun echt gewonnen hadden’, en wel als volgt:
1. Anna Jans: 4 morgen in Boeicoop in ‘t 2e weer van boven af, zijnde leengoed aan de prins van Oranje als graaf van Leerdam; nog ¼ el van 4½ morgen mede aldaar en mede leenroerig als boven en gekomen van Claes Alphertsen; nog een vogelkooi onder Vianen met de helft van 3½ morgen daaraan gelegen; nog 3 morgen op Bolgrij genaamd ‘het weeshuiskamp’; nog 2 morgen in’t RechtvLee, gekocht van Lenert Ariensz,
2. De voornoemde erfgenamen met hun drieën: 3½ morgen op Boeicoop, leenroerig aan de prins van Oranje, gemeen voor met de kinderen van Gerrichgen Cornelis en de kinderen van Govert Joosten; nog ¼ el part van 4½ morgen mede aldaar en gecomen van Claes Alphertsz, zijnde leengoed van de voornoemde prins; een hofstedeke groot 5 hont op Bolgrij gecocht van IJsbrant Tonisz; nog 8 hont aldaar gecocht van Jacob Reijersz; nog 7 hont aldaar gecocht van Cornelis Bastiaensz; nog 2 morgen 1½ hont genaamd ‘de Caacamp’ mede op Bolgrij bij de hofstede, die de weduwe in lijftocht bezit; nog een vogelkooi op Bolgrij groot 1½ morgen, gecocht van Lijsbeth Gerrits; nog 1 morgen in de Gauwenes gekocht van de kinderen van Aert Gijsbertsz de Keijser.
Op 2 mei 1667 testeert Gerrichgen Cornelis, huijsvrouw van Aert Ghysbertsz., wonende op Zijdervelt, en verwijst naar testament d.d. 25-10-1655, legeteert aan haer nicht Aertien Henrix van Haren, bouwlant, groot 8 (?) morgen in de Gouwenes onder last van 100 car. gld. ten behoeve van Judick Henrix van Haren, haar suster, en aen Merten Gerritsz. 14 hont weijlant op Boeijcoop, leenroerig aan zijn hoechijt, en noch 3/4e van een huijsinge etc., gelegen op Bolgerij onder Zijdervelt, groot 21 morgen, weer 1/4e deel Aert Ghijsbertsz toebehoert, en aan Maria Gerrits, huijsvrouw van Bart Jacobs, 5½ morgen gelegen in Overheijcoop, en aan de kinderen van Bartken Gerrits, in echt verwekt bij Teimen Janse, en Evert Gerrits met haar vieren 8 morgen min 2 hont, gelegen op Zijdervelt, leenroerig aan Culemborg, noch Jan Gerritsz. 2 morgen, gelegen op Bolgerij, aen de Oude Hofstede, leenroerig aan de huijse van Vianen, noch 10½ hont op Boeijcoop, gemeen met den voorsz Jan Gerritsz, leenroerig aen sijn Hoohcheijt (Leerdam), item noch 7½ hont op Cortgerecht, gemeen met gelijke 7½ hont den selven Jan Gerritsz. toebehoerende, en aan Baertgen Gerrits 5 morgen weijlant, gelegen op Bolgerij, achter en bezijden den hofstede,
gecomen van Hermen Lubberts, daarvan leenroerig 2 morgen aen de Huijse van Vianen, noch 8 hont mede op Bolgerij genaempt ‘het Smalweer’ ende laestelijck aan de kinderen van Jacopgen Gerrits, in echt verweckt bij Jan Jansz de Jongh, ende Willem Gerritsz met hun sessen, 4½ morgen op Boeijcoop, leenroerig aan de leenkamer Leerdam, noch een vogelkooij op Bolgerij 1½ morgen lant en 4½ morgen op Boeijcoop, staande het huwelijck deur haar man sijn aengecoft, aan haar man, begeert verder dat zij de 2 morgen weijlant op Boeijcoop, gemeen in 4 morgen, met Cornelis Govertsz, mitsgaders haar aendeel in de Hofstede van Heijmen Cornelisz, sullen worden vercoft om daer schult mee te lossen van Maria Gerrits en Beatris Gerrits, staande het huwelijk met haer man Aert Gijsberts aengecoft 1½ morgen op Authena. Zij noemt Jan- en Maarten Gerrits haar zoons, octrooi leenkamer Leerdam en Culemborg, Vianen.
Op 28 mei 1672 transporteert Maeijke Peterss, weduwe van Cornelis Govertss zaliger, gewoond hebbende te Sijderveld, geassisteerd door Joost Govertss als oom en bloedvoogd van Aeltie en Lijsbeth Cornelis zijnde nagelaten kinderen van eerst genoemd echtpaar aan Reijer Janss Espelt, burger te Utrecht, huis en hofstede aan de Diefdijk, strekkende van de Tochtsloot tot de middelwetering.
Op 16 januari 1685 vindt erfloting plaats tussen Gijsbert Gerrits Pijselman, gehuwd met Aaltje Cornelis, en Elizabeth Cornelis, geassisteerd met haar voogden, nagelaeten kinderen van Cornelis Goverts en Maeijcke Peters.
Uit dit huwelijk:
1 Aaltje Cornelis, geboren ca. 1660, overleden > 1743. Gehuwd met Gijsbert Gerritsz Pijselman, heemraad van Zijderveld, zoon van Gerrit Gijsbertsz Pijselman en Pietertje Jans, geboren ca. 1655, overleden > 30 januari 1700