Verweij, Hugo Albertsz (ca. 1571-1642)

Hugo Albertsz Verweij, secretaris van de heerlijkheid Amerongen (1594-1642), schout van Zuijlensteijn en Leersum, zoon van Albert Huijgensz Verweij en Cornelia van Hattem, geboren ca. 1571 te Rhenen, overleden februari 1642 te Amerongen

Gehuwd ca. 1595 met

Mechteld Frans van Amerongen, dochter van (?) Frans Gosensz van Amerongen en Maria Joosten van der Pijl, geboren ca. 1575, overleden > 29 april 1664

 

Bronnen: 1) W. Wijnaendts van Resandt – Verweij (Amerongen, Rhenen). Centraal Bureau voor Genealogie – Jaarboek 1966, blz. 243 t/m 263, 2) razu.nl, 3) hetutrechtsarchief.nl

Hugo Verweij pacht in 1605 en later landerijen in de Allemanswaard onder Amerongen van het Kapittel van St. Pieter te Utrecht, ondermeer ook een steenoven.

Op 1 maart 1615 constitueren Beligje Jansdr weduwe Lambert Dircksen van Bemmel, geassisteerd door haar kinderen, Jan Lambertsz van Bemmel om te transporteren voor de heer van Warmunt als tinsheer ten behoeve van Hugo Verweij, secretaris van Amerongen, gehuwd met Mechteltgen Fransdr van Amerongen, vierdalve mergen opt Encker. Op 14 juli 1615 stelt Jacob Willemsz Prattenborch, schepen van Amerongen, zich borg voor Hugo Verweij als vader en voogd van zijn zoon Frans Verweij terzake van een proces tegen Aelt van Amerongen Cornelisz. 

Op 25 september 1627 bekent Cornelis Dircksz Pijsel, wonende aan de Amerongse Dijk, schuldig te zijn aan Hugo Verweij 54 gl ter cause van coop ende leverantie van een bruijn merrijpeert. Op 11 november 1627 bekken Anthonis Adriaensz en Andries Adriaensz en Johan Adriaensz, broers, van Hugo Verweij gelicht en ontvangen te hebben een gerechtelijke acte van condemnatie sprekende op Franck Teunisz van Overeem ter somme van 600 gl spruitende van het ¼ part van backersveen.

Op 29 oktober 1628 Jonker Philips Botter van Snellenberg, heer tot Maersenbroeck, en Hugo Verweij, secretaris tot Amerongen, contra erfgenamen van Cornelis Matthijsz. Zij hebben onlangs zeker bos en bouwland te Amerongen verkocht vanouds genaamd in de bruijnen bosch.

Op 14 januari 1629 bekent Anthonis Willemsz Cloetingh schuldig te zijn aan Hugo Verweij 10-10 wt zaecke van drie jaren lantpachten van 8 hont land genaamd die Haer. Op 15 januari 1629 verklaart Georgen Jansz, wonende Dwarsweg, dat hij enige jaren gelden met Hugo Verweij zeeckere start veenslijcx gekocht heeft van Gerrit Wteweerdt saliger, hij heeft opgenomen gehad van Beerndt Jansz Crauwel, burger te Wijk bij Duurstede, van 200 gl. Op 28 februari 1629 verklaart Jacob Rijcksen, wonende Maarn, schuldig te zijn aan Hugo Verweij f 126-6. Op 8 juni 1629 bekent Sechtgen Adriaens schuldig te zijn aan Hugo Verweij f 25-15-8 als rest van coop ende leverantie van een veth weij beest van hem Verweij inde slachttijt anno 1628 gecofft ende ontfanghen.

Op 25 april 1630 transporteert het Gerecht van Amerongen namens de St. Barbarabroederschap aan Hugo Verweij een perceel england inden amerongse eng aenden berch houdende omtrent 3 mergen. Op 25 september 1630 Philips Botter van Snellenberg en Hugo Verweij contra Jan van Welij. Jan heeft sich onderstaen op des eijsers bosch te doen houden binden en wech halen zeeckere hooftrijs. Op 16 april 1632 Aert Jansz Smith en Gerrit Cornelisz timmerman mitsgaders Hugo Verweij c.s. contra mr. Peter Hilbrantsz gearresteerde. Zij eisen f 716-1 ter cause van geleverde materialen. Op 18 november 1633 Hugo Verweij contra Gerrit Jansz Kabel. Hij alsoo den gedaagde onlancx bij hem eijser gecomen is ende in zijn huijsse eernstich versocht te mogen lichten wt de penningen onder den eijser berustende gecomen uiten vercoften imboedel van Anthonis Hendricksz Hartoch etc.

Op 5 juli 1635 stellen Hugo Verweij, secretaris te Amerongen, en Mechtelt van Amerongen een testament op voor notaris Henr. Ruijsch te Utrecht. Zij hebben vijf kinderen, niet met name genoed. Hun dochter Hillichen krijgt een legaat.

Op 22 september 1635 bekent Adriaen Thonis aan Hugo Verweij schuldig te zijn uit coop van geleverde schapen de somme van 110 gl. Op 1 september 1636 Hugo Verweij, secretaris te Amerongen, als uit crachte van zeeckere testamentaire dispositie van zijn zoon Marcel Verweij ende Johanna van Grootfelt, in haer leven echteluijden, een mede erfgenaem van desselfs nagelaten goederen contra Jan en Dirck van Grootfelt mitsgaders Gerrit Mertensz en Dirck van Ewijck als mans en voogden van hun vrouwen, tesamen mede-erfgenamen vande bovengenoemde echtelieden.

Op 17 januari 1642 Hugo Verweij, secretaris tot Amerongen, contra Harmen Cornelisz zijne gewezen dienstknecht. Op 30 juni 1645 Mechtelt van Amerongen, weduwe Hugo Verweij in sijn leven secretaris, contra Adriaen Woutersz tot betaling van f 37-10 ter cause van drie jaren verlopen renten van 200 gl hoofdsom.

Op 29 april 1664 in Neder-Betuwe, transporteren Mechtelt Fransdr van Amerongen en de erfgenamen van Hugo Verweij een akker, genaamd de Kaecker aan Godert van Reede.

 

Uit dit huwelijk:

Aelbert Huijgen Verweij

Johan Huijgen Verweij, drost en schout van Amerongen (1634-1661), schout van Zuijlensteijn en Leersum, gerichtsman van Neder-Betuwe, geboren ca. 1602 te Amerongen, overleden 25 oktober 1661 te Amerongen. Gehuwd ca. 1634 met Anthonia Uijtteweert, dochter van Joost Wteweerd en Aeltgen Crijnen van Langelaer, geboren ca. 1610, overleden maart-april 1644. Gehuwd op 15 februari 1652 te Amerongen met Aletta van Zijl, overleden 1655 te Amerongen

Frans Huijgen Verweij, secretaris van Uithoorn, geboren ca. 1604 te Amerongen, overleden > 8 november 1664. Gehuwd ca. 1625 met Maria Crijnen, geboren ca. 1595, overleden < 1635. Gehuwd op 2 augustus 1635 met Anna van Wijck, geboren ca. 1615, overleden < 1642. Gehuwd < 14 november 1642 met Margaretha van Dulcken, dochter van Rochus Goossensz en Catharina NN, geboren ca. 1620 te Rhenen, overleden < 1658

Beatrix Huijgen Verweij, geboren ca. 1605 te Amerongen, overleden < 1678. Gehuwd met Jacob Gijsbert Woertman, overleden < 1678

Hillechien Huijgen Verweij

Marcelis Huijgen Verweij. Gehuwd met Johanna van Grootveld