Scherpenzeel, Sander Hendricksz van (ca. 1490-1553/60)

Sander Hendricksz van Scherpenzeel, bakker, geboren ca. 1490 te Scherpenzeel, overleden 1553-1560 te Utrecht

Gehuwd met

Margriet NN

Gehuwd < 9 september 1540 met

Claesgen NN, overleden < 11 juli 1553. Gehuwd met Henrick Jansz

 

Bronnen: 1) razu.nl, 2) NT00061_40. Nadere Toegang op inv. nr 40 uit de Collectie Digitale Bronnen (61). M.S.F. Kemp, Februari 2018. Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht, 3) NT00061_45. Nadere Toegang op inv. nr 45 uit de Collectie Digitale Bronnen (61). M.S.F. Kemp, Februari 2018. Regionaal Historisch Centrum Zuidoost Utrecht

Op 2 september 1522 Eecht Wouter Gerijtsz van de Velde’s weduwe, verplach haar kinderen Ghijsbert, Jan, Gherijt, Margriet en Belije van de erfenis van hun vader. Voogden Gerijt Claes Koenraetsz en Zander Hendrickx die backer.

In 1527 di opte Meijavont Johan Willemsz, Sander Heijnricksz, Wouter van Weede en Steven van Weede tonen huwelijkse voorwaarden van Gijsbert van Noirt en Peternel Heijnrick Stevensdr van Suijlen.

Op 7 juni 1537 Gerichgen Geerloff Jansz Wttewaels weduwe met Anna haar dochter, geeft en maakt Sander Hendrickx en Dirck Hendrickx schoenmaker al wat zij nu heeft of nog krijgt.

Op 26 februari 1540 koopt Sander de ‘helfte van der alinge huijsinge ende hoffstede’ aan de westzijde Overste Massegast. ‘De andere helfte heeft Sander Henrickss reeds in bezit’. Die heeft hij waarschijnlijk verkregen op 7 juni 1537 van Gerrichgen, weduwe van Geerloff Janss Uute Wael, betreffende ‘roerende ende onroerende goederen’.
Op 9 september 1540 Claesgen Zander Henrickx van Scerpenzeels wijf gaf aan Cornelis Henrickx, haar zoon, Marie gehuwd met Jan Bloem die boeckbinder, en Arijaen gehuwd met Cornelis Zandersz, haar dochters bij Henrick Jansz zaliger haar voorman … Op 9 december verteech zij ten behoeve van Geertruijt Henrick Henrickx weduwe van de erfenis van Henrick Henrickx haar zoon.

Op 21 juni 1541 Sander Hendrickx van Scherpenseel testeert op Gerijt Sandersz, zijn zoons kinderen en op Weijntgen Joest van Voorsten wijf, zijn dochters kinderen.

Op 17 mei 1543 Gerijt Zanders, nu wonend Engelant, gehuwd met Eelsgen, transporteert aan Zander Henricksz van Scherpenseel, zijn vader, ¼e gedeelte van een huis hem aangekomen van dode van Margriet, zijn moeder.

Op 11 juli 1553 Cornelis Henrickx, houtcoper en borger van Utrecht, gehuwd met Gerborch, verteeg ten behoeve van Jan Blom en Cornelis Zandersz, zijn zwagers, van de erfenis van zaliger Claesgen Henrick Jansz weduwe, die nae Sander Hendrickx van Scherpenseels wijf was, zijn moeder.

Na de dood van Sander, wordt op 24 oktober 1560 uit de boedel aan Roeloff Joestenss van Roij verkocht een ‘huijsinge ende hoffstede’ bewoond door Cornelis Sanders gelegen aan de oostzijde Corte Minrebroedersstraet’ en een ‘huijsinge ende hoffstede gelegen in de Corte Massegast achter het Schoonhuijs’. Op het pand aan de Corte Minrebroedersstraet rust een plecht van f 100 Philippus gulden en f 7 losrente ten behoeve van de Noothulp.

 

Uit het 1e huwelijk:

Cornelis Sandersz, overleden > 31 april 1588. Gehuwd met Arijaentge Henricks, dochter van Henrick Jansz en Claesgen NN

Wendelmoet Zanders van Rodenburch

Gerrit Sandersz, wonend te Engeland (1543). Gehuwd met Eelsgen NN