Coppaert Meijnsensz, overleden > 24 oktober 1393
Gehuwd met
Lijsbeth NN
Bronnen: 1) Bij een grafzerk in De Lier (Aantekeningen betreffende Ton van der Burch en van Vliet van der Woert), D. van Baalen. In: De Nederlandsche Leeuw, 1953, 70ste jaargang, 2) onsvoorgeslacht.nl, 3) Repertorium op de lenen van de Hofstad te Hontshol, 1253-1770, C. Hoek. In: Ons Voorgeslacht, jrg. 27 (1972), 4) Ingezetenen van ‘s-Gravenzande, Naaldwijk, Wateringen en Monster in 1369, C. Hoek. In: Ons Voorgeslacht, jrg. 44 (1989), 5) Inquisitie 1369, Drs. Ronald A. van der Spiegel, 6) Register van de Heilige Geest te Naaldwijk, C. Hoek. In: Jaarboek Ons Voorgeslacht 1961
NB: D. van Baalen veronderstelt in zijn publicatie een link van Coppaert Meijnsensz naar Jan Coppaerd Janssoensone maar daarvoor is geen bewijs.
In de inquisitie ‘die ghedaen hebben aen mijn heren weghen her Heijnric van den Abeele, Adam van Berwaerde en Jan Arntssoen van Abbenbroeke up bailiuwe, rentmeesters, scouten ende boden in Northolland’ uit 1369 is vermeld onder Monster: Coppert Meijnsens f. niet.
Op 24 november 1380 ‘St. Katrinenavont’ schenkt Coppert Meijnsen aan het kapittel te Naaldwijk een rente van 5 sc. uit zijn deel van de 1½ morgen land gemeen met de H G., Willem van Naeldwijc en Jacop Storm “voer Jacop Aernt soens” nog een rente van 5 sc. aan de kerk en nog 5 sc. aan de H.G. Testament bezegeld door Wouter Doede Reesz kanunnik te Naaldwijk en biechtvader van de testateur.
Op 24 oktober 1393 is Coppert Meijnsenz belendend ten oosten aan 3½ hond land in ’s Gravenzande.
Op ? schenkt Lijsbeth weduwe van Coppart Meijnsensz aan de H.G. de helft plus 1/12 deel van 1½ morgen land, gelegen ten zuiden van de dijkweg en belast met een rente van 5 sc. t.b.v. de kerk en nog een van 5 sc. t.b.v. het kapittel. Het resterende gedeelte is door de H.G. van Jacop Storm en Willem van Naeldwijc gekocht. Deze 1½ morgen waren reeds vroeger belast door Clemenseline Aernts, ten tijde dat zij door Dammaes Hildebrant gebruikt werden, n.l. met de volgende renten; 30 sc. t.b.v. de H.G. en 16 sc. t.b.v. het kapittel. Na het overlijden van Clemense werd van dit land de helft plus 1/12 deel gekocht door Coppert Meijnsensz.
1425: Jan Kerstantz starf int jaer MCCCC ende XXV saterdages na sinte Gheertruijt en(de) makede Katrijn zij(n) wijf int selve jaer na zij(n) doet voir Jan voorss hoir man Kerstant Coppartsz(oon) en(de) zijn wijff en(de) voir hoir selven den capittel XII st(uivers) jaers den Heilighe(n) Gheest, vijf st(uivers) die kerk vijf st(uivers) en(de) die coster een st(uiver) en (do) dit renten sette zij te ontfangen van een half m(or)gen lants gelegen in zantambacht opte oude poel en(de) heeft belegen an dat westende en(de) andie noortzijde Are(n)t van Hoeck an die oestzijde Belij Coppart Meijnensdoch(ter) en(de) an die zuijtzijde Willem Jan Kerstantz(oon) mit zijn liengoed.
Uit dit huwelijk:
1 (?) Kerstant Coppaertsz
2 Belij Coppaert Meijnsens, overleden > 1425