Goirtsz, Claes (ca. 1440-1515/21)

Claes Goirtsz, gasthuismeester van het St. Pieters- en Bloklandgasthuis (1485-1487), schepen van Amersfoort (1468-1502), zoon van (?) Goirt Claesz en Alijt NN, geboren ca. 1440, overleden 1515-1521

Gehuwd met

Goudeken NN, overleden > 5 maart 1488

 

Bron: archiefeemland.nl

NB: De Claes Goertszoen die in 1515 wordt vermeld, zou ook zijn kleinzoon kunnen zijn.

Op 21 januari 1479 ‘in die Agnetis’ Gerit die Goijer scelt te goede Claes Goertsoen, Herman van Aelrehorst, Jan Gerits de Goijer ende Jan Gijsbertzoen al alsulck rede goet levende have ruerende ende onruerende als hij heft in den gericht van Amersfoirt.

Op 17 maart 1484 Claes Goirtsoen belijt Gerijt Bot Henriczoen dat Hildegont sijn zuster vercoft heeft Gerijt voirschreven 2 margen lants op die Meent liggende ende dat hem die gevesticht sel werden dat hij des vast is ende wes schade hijnder of gebreck Gerijt voorschreven dair in geviel dat hij dat verhalen sal aen alsulc goet Claes voorschreven heeft in den gerichte van Amersfoirt.

Op 19 februari 1485 ‘septima post Valentinij’ Claes Goirtsoen heeft geloeft voir Claes Roelofsoen dat hij mit all sijn goet binnen onser stadt woenen sell.
Op 19 oktober 1485 ‘quarta post Galle’ Claes Goirtsoen als een gasthuijsmeister bij consent der gemenen bruederen heeft te goede gescouden Bernt van Velderp, totter dier Snijer gilde behoef, den eijgendom van den huse ende hofstede gelegen aen die Langestraet daer Gijsbert die Gout in te woenen plach.

Op 25 oktober 1486 ‘quarta in festo Crijspini et Crijspiani’ Claes Goertsoen ende Aelbert Dier als gasthuijsmeisters bij consent der gemenen brueders schelden te goede Heijl Comen Adriaens wedue alsulcke pontreijnten ende wijn als dat gasthuijs jairlix heeft uuten hofstede voirgenoemt dair die hofstede ten eersten brande om verhuert was.
Op 13 november 1486 ‘secunda post Martini’ Aernt Hermanzoen ende Margriet sijn wijf hebben te goede gescouden Claes Goertzoen ende Goutgen sijn wijf alsulcke 36½ stuver jairlixsche reijnten de sij hebben uut al Peter Zebeecks goet ende Marie sijns vijfs goet die men jairlix betaelt te midwijnter als die oude brief inhout.
Op 15 november 1486 ‘quarta post Martinii’ Claes Goirtsoen ende Aernt Moij als gesette gecoren mombers van Aerntgen Steven van Zulens onmundige kijnt Goirt Bosch ende Koenegunt sijn wijf scelden samentlick te goede Daem Jacopzoen ende Hubertgen sijn wijf een huijs mitter hofstede gelegen bij de Vijepoirt aen onser stat zijngel.
Op 13 december 1486 ‘quarta post sicut in die Lucie’ Dijelle Gerijt Wermboutszoen wedue Schaijck momber heeft gemaect dat Nije Gasthuijs op de Spoij te hebben nae hoere doet alsulc goet sij after laet als hoir halve huijs ende hofstede de halve camer mitten hofstede ende den halven hoff ende alle hoir huijsraet mit sulcke voirwerden dat die gasthuijsmeisters in der tijt uutreijken sellen elc bijsonder als hier nae bescreven staet. Item tot Sunt Jan 1½ rijnsgulden current, die Observanten 1½ rijnsgulden, St. Agnijten 1½ rijnsgulden, St. Barbaren cloester 1½ rijnsgulden. Item heer Zander Willamsoen een rijnsgulden, de bruederscap van den van den Heiligen Sacrament enen rijnsgulden, die Heilige Geest bruederscap twe rijnsgulden. Item St. Joriskerck enen rijnsgulden, Onse Vrouwenkerck enen rijnsgulden, de Lazaruijs ½ rynsgulden, die weerlicke bruederscap van St. Jan een rijnsgulden, der Smede gilde ½ rijnsgulden ende De Pot enen rijnsgulden. Claes Goirtsoen als gasthuijsmeister ende Willam van Bloemenweert gemachticht van den gasthuijs hebben bij consent der gemenen bruederen belijt aldus uut te reijken ende te betalen als voirscreven staet also veer als sij de goeden die Dijel gemaect heeft aentassten.

Op 14 maart 1487 ‘quarta post Gregorii’ Luman Reijersoen heeft te goede gescouden Claes Goirtzoen tot behoef der Sciplude gilde alsulc recht ende toeseggen hij hebben mach aen den huse ende hofstede gelegen op die Spoij dat Gerijt Jacopzoen toe behoeren plach.
Op 21 maart 1487 ‘sero’ Claes Goirtzoen ende Albert Dijer als gasthuijsmeisters by consent der gemeen bruederen ende des raets van onser [stadt] hebben te goede gescouden Jan Petersoen de helft onderdeijlt van den huse ende hofstede gelegen op Bloemendall.
Op 22 november 1487 ‘quinta post Elisabet’ Goirt Claes Goirtzoen soin heeft belijt ende bekent voir hem ende sijnen erven, dat hij in enen ewigen erfpacht gehuert ende verpacht van den deken ende capittel der Kerken Sunte Petrus tUtrech het goet erve ende lant geheten Zeldrecht mit eggen ende mit eijnden so dat van outs gelegen ende bepaelt is etc. elx jairs om acht oude scilden 30 stuver current voir den ouden scilt gerekent, te betalen jairlix den deken ende capittel vorscreven oft horen cameraer in der tijt of den besitter des altairs in der kerken van Sunt Peter voirscreven in den kroft, die een helft Martini in den Wijnter ende dander helft Petri ad Cathedram daer naest volgende of binnen 14 dage dairnae onbegrepen etc. geduerende seven jaeren lanck naestcomende, dair dat eerste termijn of verscijnen sal Martini ‘88 ende Petri ‘89. Ende den thijnden dese seven jaeren voirscreven sal Goirt vorscreven of sijn erfgenamen dat lant vorscreven houden ende hebben om 14 derselver oude scilden vorscreven jairlix ende alle jair erflick ende ewelick te betalen op dage ende termijnen vorscreven binnen de stat van Utrecht in der kerken vorscreven vrij ende commerloes te leveren in alle manijeren ende voirwerden den brief dair voirder of in helt, die den deken ende capittel vorscreven Goirt vorscreven dair of gegeven ende dair in bevorwet hebben. Woirt soe quamen mede ter selver tijt voir ons Claes Goirtzoen ende Goubrich sijn wijf ende belijden mede voir hem ende horen erfgenamen alse wairt zaick dat in enich van alle dese vorscreven punten ende voirwerden gebreck geviel in betalijnge ofte anders des capittels brief dair of inhouden mach dat sal den deken ende capittel vorgenoemt ofte horen cameraer ofte den besitter des altairs vorgenoemt verhalen moegen aen Claes ende sijn wijf vorscreven ofte horen erfgenamen goeden gelijkerwijs of sij den erfpacht van den lande vorscreven selver verpacht ende in hueren hadden als vorscreven.
Op dito hebben Goirt Claes Goirtzoen soin en Jan Claes Goirtzoen soen belijt ende bekent voir hem ende sijnen erfgenamen dat hij in enen ewigen erfpacht gehuert ende verpacht heeft van den deken ende capittel der kerken Sunte Petrus tUtrecht dat erve ende goet geheten De Ruest mit alle sijn toe behoeren so dat van outs gelegen is in den kerspel van Luesden dat eerste jair als Peter int jair van ’87 nijet meer dan 4 hoenre ende 4 jair dair naest volgende elc jair 6 rijnsgulden current ende 4 hoenre. Item 4 jair dairnae volgende elc jair 8 rijnsgulden paijmentz voirscreven ende 4 hoenre. Item 2 jaeren dairnae volgende elc jair 10 rijnsgulden ende 4 hoenre ende theijnden dese voirscreven jaeren so sal Jan Claessoen voirscreven of sijn erfgenamen dit voirscreven erve ende goet houden ende hebben erflick ende ewelick jairlix om 11 rijnsgulden paijment voirscreven ende 4 hoenre te betalen deen helft Martini dander Petri of binnen 14 dagen nae elcke termijt onbegrepen commervrij te leveren in der stat Utrecht in Sunte Peterskerck voirscreven in alsulcken manijeren ende vorwerden den brief dair vorder of in helt die den deken ende capittel Jan Claeszoen voirscreven dair of gegeven ende dair in bevoirwet hebben. Voirt quamen mede voir ons ter selver tijt Claes Goirtzoen ende Goubrich sijn wijf ende belijden mede voir hem ende horen erfgenamen alse wairt zaick dat in enich van alle dese voirscreven punten ende voirwerden gebreck geviell in betalijnge ofte anders als des capittels brief dair of inhouden mach dat sal den deken ende capittel voirgenoemt ofte hoeren camerer in der tijt verhalen moegen aen Claes ende sijn wijf voirgenoemt ofte hoeren erfgenamen goeden gelijkerwijs of sij den erfpacht van den erve voirscreven selver in pachten hadde.
Op 19 december 1487 ‘quarta post Lucie’ Claes Goirtzoen heeft belijt sculdich te wesen Dierck Snoeij van den huse ende hofstede vorscreven hij hem tot Deliana voirscreven behoef vercoft heeft ende den eijgendom of overgegeven heeft 200 rijnsguldens current min 9 der[selver] guldens te betalen hondert der guldens voirscreven op Sunte Stevensdach nu naestcomende ende die ander 91 als meijdach coemt over een jair dairnae opten meijdach of uut te panden op elcke termijn voirscreven als vol verboden pande. Ende wairt zaick dat die betalijnge so nijt en gesciede als voirscreven is wes  bewijselicke scade Dierc voirscreven dair om dede off om lede heeft Claes voirscreven mede geloeft te betalen gelijck die somme vorscreven. Item die wijncop is hier of is 7 rijns[gulden] de sal Claes vorscreven verleggen ende Dierc vorscreven salt hem de twedeelen corten aen den lesten betalijnge. Item de hondert rijnsgulden verscenen op Sunt Stevensdach heeft Dierc voirscreven selven ontfangen ende sijn wel betaelt. Dierc voirscreven heeft belijt Claes Goirtsoen dat hij Deliana (Evert Rijcoutzoen dochter) vorscreven dese vorscreven eijgendom vrijen ende waren sal jair ende dach nae onser stadt recht. Item die pacht die te meij verscijnen sal ofte huijshuer sal Deliana vorscreven hebben ende bueren.

Op 3 maart 1488 ‘feria secunda tercia die marcii’ Jan van Vloijck, Evert van der Beeck, Willam Janzoen ende Pouwels Gerijtzoen als naeste mage ende vier vierdelen van Henric Smits onmundige kijnt hebben te goede gescouden Claes Goirtzoen ende Goutgen sijn wijf enen mergen lants gelegen in die Woesteijgen. Ende dese voirscreven naeste mage des kijnts voirscreven deden dairtoe ten heiligen dat dese overgift des kijntz beste oirbaer was etc.
Op 5 maart 1488 ‘post prandium’ Aernt Berntzoen ende Henric sijn wijf hebben een mergen lants gelegen int de Woesteijgen te goede gescouden Claes Goirtzoen ende Goubrich sijn wijf sicut ut supra.

Op 24 februari 1515 transporteren Wulffer die Buijser Gijsbertzoen en Henrica, zijn vrouw, aan Claes Goertzoen namens het gasthuis, hun rechten op het erve en goed te Twijler geheten Buijsers erve in het kerspel Ede.

 

Uit dit huwelijk:

Lambrechtje Claas Goorts

Evert Claes Goirtsz, overleden < 20 september 1486. Gehuwd met Lijsbet NN

Goirt Claes Goirtsz, overleden > 31 juli 1527. Gehuwd met Margriet NN, overleden 1526-1527. Gehuwd met Geertruijt NN

Jan Claes Goirtsz, overleden > 22 november 1487